Historie Den HoornDen Hoorn is grootste woonkern van Midden-Delflland. De naam Dijkshoorn komt in 1317 voor in de rekeningen van de graaf van Holland. Den Hoorn oftewel Dijkshoorn was toen een deel van de Hof van Delft, een grafelijk bezit. Dit werd in ongeveer 1100 gesticht. De kern van de Hof van Delft kreeg in 1246 stadsrechten en groeide uit tot de stad Delft. Panorama van het huidige Den Hoorn. Het omliggende gebied was bekend als het ambacht Hof van Delft. In 1817 werd dit ambacht een gemeente, die in 1921 weer werd opgeheven. Enkele delen, namelijk Den Hoorn, ‘t Woudt en Abtswoude, kwamen toen bij de toenmalige gemeente Schipluiden. De groei van Den Hoorn is maar zeer langzaam gegaan. Volgens de gegevens van de Tiende Penning van 1561 lagen er toen nog maar zeventien woningen langs de Dijkshoornseweg, drie aan de oostzijde en veertien aan de kant van de Lookwatering. In de 19de eeuw werden de raadsvergaderingen van de gemeente Hof van Delft in het oude Rechthuis gehouden. Dit was toen een herberg en is tegenwoordig een Chinees restaurant.
Al in 1700 lagen langs de Dijkshoornse- en Noordhoornseweg veel boomgaarden en moestuinen. Deze hebben zich langzamerhand uitgebreid en ontwikkeld. Tot eind 19de eeuw waren appelen, peren en bessen, sla, bloemkool en stokbonen de belangrijkste producten. Na 1900 brak een bloeiperiode aan voor de tuinbouw, door de introductie van platglas en glazen kassen. Inmiddels is de tuinbouw in en rond Den Hoorn geheel verdwenen en maakte plaats voor woningbouw en bedrijven. Wel vindt langs de Woudseweg en in de Woudse Droogmakerij tuinbouw plaats. |